Naar hoofdinhoud Naar footer

Theo Roes

  • Woonplaats: Leiden 
  • Geboortejaar: 1943 
  • Geboorteplaats: Arnhem 

Was: Mijn laatste functie was adjunct-directeur bij het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Na een studie sociologie en massacommunicatie in Nijmegen en een korte journalistieke loopbaan kreeg ik in 1972 een functie op het toenmalige Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk (CRM), voorloper van het huidige VWS. Dat stimuleerde mijn latent aanwezige maatschappelijke interesse sterk. Via een aansluitende loopbaan op het SCP heb ik in de loop der jaren een brede kennis opgebouwd over sociale vraagstukken in de Nederlandse samenleving en over het bijbehorende sociale beleid. Mijn gehele beroepsloopbaan heb ik mijn functies bij de Rijksoverheid gecombineerd met maatschappelijke activiteiten. Zoals lid gemeenteraad Leiden en Provinciale Staten van Zuid-Holland voor de PvdA en ik ben nog steeds betrokken bij de ontwikkeling van het lokale en landelijke welzijns- en zorgbeleid. Later kreeg ik ook toezichtfuncties in de zorgsector (verpleeghuizen), was ik voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers en daarna trekker van de Werkplaatsen Sociaal Domein, potentieel belangrijke partners van de Raad van Ouderen en de regionale ouderenberaden. Ouderen hebben altijd een rol gespeeld in mijn betaald en onbetaald werk. Het gaat niet alleen om de zorgafhankelijke ouderen, maar ook om ouderen die volop in het leven staan, een maatschappelijke bijdrage leveren en hun leven naar eigen inzicht willen blijven inrichten. 

Waarom zit u in Raad van Ouderen? In het afgelopen decennium is de maatschappelijke positie van ouderen fundamenteel veranderd. Wij ouderen zijn een omvangrijke maatschappelijke groep die zich volop in de samenleving manifesteert. Daarom ben ik ook zo blij met de missie van de Raad van Ouderen: het ouderenperspectief in het maatschappelijk debat brengen en de stem van ouderen laten horen over kwesties die zowel voor ons als voor de samenleving als geheel van belang zijn.  En in mijn visie is de allerbelangrijkste opdracht van de raad: ouderen bewust maken van hun maatschappelijke opdracht: een bijdrage blijven leveren aan de ontwikkeling van de samenleving. Natuurlijk mogen we verwachten dat kwetsbare ouderen passend worden ondersteund, maar die opdracht kunnen we niet uitsluitend neerleggen bij onze kinderen, de volgende generatie. Vitale ouderen moeten in staat worden gesteld en uitgenodigd om zelf in actie te komen. Blijkens vele burgerinitiatieven is een steeds groter deel van onze generatie ouderen bereid deze maatschappelijke opdracht op te pakken. Ik hoop, dat we als Raad van Ouderen dit maatschappelijke veranderingsproces kunnen blijven ondersteunen. Hoewel in complexe veranderingsprocessen de bijdragen van de verschillende partijen moeilijk precies van elkaar zijn te onderscheiden, ben ik ervan overtuigd dat de Raad van Ouderen hieraan mede richting geeft en kan blijven geven. 

Wat zou u doen met 1 miljoen euro extra voor ouderen? Als ik zou beschikken over een budget van een miljoen euro zou ik inzetten op innovatieve initiatieven van en door ouderen en speciaal die voor ouderen met dementie.

theo-roes-rvo