Naar hoofdinhoud Naar footer

Toversleutels

In deze column vraagt Carlo Leget (hoogleraar zorgethiek) zich af of het stellen van de juiste vragen of rust, oprechte aandacht en een open houding de sleutels zijn voor goede communicatie tussen patiënt en zorgverlener.

Vorige week was ik bij een boekpresentatie waar het ging over de integratie van psychosociale zorg in de oncologie. Een van de sprekers vertelde daar dat hij na meer dan dertig jaar klinische ervaring uitgekomen was op twee vragen die er werkelijk toe deden in de begeleiding van patiënten en hun familieleden: Wat is uw grootste zorg? En: Komt u uit een warm nest? Hem was in de praktijk gebleken dat deze twee vragen direct tot de kern voeren en alles vertellen wat je moet weten om mensen goed te kunnen begeleiden.

Is dat mogelijk? Bestaan er vragen die als toversleutels deuren openen en je direct tot de kern voeren? Het is een vraag die mij de afgelopen jaren diverse malen gesteld is in de hectiek van de kliniek. Tijd lijkt steeds schaarser te worden sinds we bedacht hebben dat tijd geld is. Of zoals een Afrikaan me ooit toevertrouwde: ‘Jullie hebben de klok, wij hebben de tijd.’ De zoektocht naar die ene vraag vat ik dan ook maar op als een oprechte poging er het beste van te maken. En soms is er inderdaad ook weinig tijd, in een situatie van crisis.

De waardigheidsvraag

Volgens de Canadese psychiater Harvey Chochinov is er maar een enkele vraag die we nodig hebben om tot de kern te komen: ‘Wat moet ik van u weten om u de best mogelijke zorg te geven?’ Hij noemt dat de 'dignity question' of waardigheidsvraag. Met die vraag zet je even je diagnostische bril af, en open je je oren voor alles wat een patiënt kwijt wil. Daarmee bevestig je iemand als mens die wellicht heel andere zorgen en verlangens heeft, dan je zou denken vanuit je vakmatige blik.

Tijdens de borrel na de boekpresentatie vertrouwde een arts me toe dat hij hem verscheidene malen aan patiënten gesteld had, die ene vraag van Chochinov, maar dat hij teleurgesteld was. Vaak wisten mensen niet wat ze moesten zeggen. Of het antwoord was zo alledaags dat hij niet wist wat hij er mee aan moest. Misschien is die ene vraag te groot, zo meende hij. Mensen leven en denken veel fragmentarischer dan Chochinov denkt en ze kunnen hun eigen leven niet overzien. Dit geldt te meer wanneer hun wereld net ingestort is.

Betekenis en verbinding

In de zoektocht naar toversleutels is er een drietal vragen uit Engeland die naar mijn idee heel goed voldoen als entree naar de dingen die ertoe doen. Ze zijn ontwikkeld door het Mount Vernon kankercentrum, en zijn ook terecht gekomen in de richtlijn spirituele zorg van het IKNL. De vragen luiden: Wat houdt u in het bijzonder bezig op dit moment? Waar had u steun aan in eerdere moeilijke situaties? Wie zou u graag bij u willen hebben?

Wat in deze vragen verkend wordt, zijn in wezen de twee centrale dimensies van zingeving: het gaat over betekenis en verbinding. Het gaat over de betekenis van wat mensen overkomt, en het gaat over de inspiratiebronnen en personen waarmee iemand verbonden is. Als je die op het spoor kunt komen, kunnen mensen zelf ook op zoek gaan naar de steun die ze nodig hebben.

Eigenlijk zijn de drie vragen van Mount Vernon helemaal niet zo anders als de twee vragen van de spreker waarmee ik begon. Ook daar gaat het over wat iemand bezighoudt en op welke betekenisvolle mensen iemand kan steunen. Maar hoe kies je nu voor de ene of voor de andere vragen? Is er wat dat betreft een beter en een slechter?

Aandacht

Als eenvoudige vragen als sleutels kunnen formuleren, dan kunnen ze dat alleen wanneer ze goed gehanteerd worden. Een sleutel werkt namelijk niet altijd. Een slot kan bevroren zijn. Of wanneer er geweld gebruikt wordt, kan een sleutel breken. En bovendien: sommige deuren gaan ook zonder sleutel open. Door even te kloppen bijvoorbeeld.

Waar het natuurlijk eigenlijk om gaat bij dit soort hulpjes in de communicatie is dat er een verbinding tot stand komt tussen jou en je gesprekspartner. En daar is veel meer voor nodig dan woorden alleen. Het begint allemaal met rust, oprechte aandacht en een open houding zonder oordeel. Daar ligt het begin van goede communicatie. Daar liggen misschien wel de eigenlijke toversleutels.

Carlo Leget is hoogleraar Zorgethiek aan de Universiteit voor Humanistiek in Utrecht. Hij begeleidt op 28 november tijdens de jaarconferentie van 'Een nieuwe generatie ouderen(zorg)' de sessie over zingeving. Meer informatie over de conferentie: https://eennieuwegeneratieouderenzorg.nl/jaarconferentie/.

Deze column verscheen eerder in BijZijn-XL, nr. 10, 2016.